Het was een jaar van rampen en ravage.
Herinneringen aan een oude oorlog,
een gek die zich onttrekt aan ballotage
en oprukt naar de Krim (straks Pruisen nog).

Zijn vrienden schieten vogels uit de lucht
maar nergens is er zicht op arbitrage.
Wij bergen resten van een vredesvlucht,
de lichaamsdelen, knuffels, de bagage.

Tweeduizendveertien. Honderd jaar nadien
is deze eeuw ook al kapot geschoten.
Wij zullen bloed en propaganda zien.

De selfie van het jaar wordt nu gelijmd,
op facebook hebben we massaal genoten.
Maar zelfs de Sint is heden ongerijmd.
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Een spiegel een glimp

Zaltbommel voorheen en thans

 
Heb ik bij Bommel echt een brug gezien?
Opeens zag ik een brug. En aan weerszijden
geen pont, die je gewoonlijk daar ziet glijden
als je aan ’t sturen bent. Een tel of tien
dat ik zo stond, aan dek, aan ’t roer geklonken,
mijn koffie koud al in de tussentijd –
laat mij daar ergens uit een andersheid
een beeld ontwaren dat mijn ogen dronken.
 
Een fietsend joch. Zijn wapperende jas
over die brug, terwijl ik aan kwam varen.
Hij stapte af, hij lei een schrift in ’t gras,
 
en wat hij schreef zag ik dat verzen waren.
O, dacht ik, o, dat dat mijn zoon ooit was.
Pom pom, zong ik, mijn hart zal dit bewaren.
 
 
 
Contragedicht
 
Credits prentbriefkaart: F.L. Stehmann, Collectie Gelderland