Toen raakte Gods ideeënstroom, zo zoetjes aan, eens op
En schiep Hij als Zijn laatste dier, je raadt het al, de blob
'Ik maak', dacht Hij, 'iets, net als Adam, van een klodder klei'
Maar werd door Eva afgeleid en was er niet goed bij

‘Dat vrouwtje, mwah, is naar mijn zin van voren nogal plat
Die werk ik heus nog bij en af, straks in mijn modderbad’
‘Maar allereerst nu blob’, sprak God, een tikkeltje bekoeld
Want blob was blob nog niet, zoals oorspronkelijk bedoeld

Zo stond zijn neus in het begin dus achter op zijn kruin
En stonden beide ogen nog een ietsiepietsie schuin
‘Een klodder hier, een klodder daar en zie het resultaat:
Het is misschien wat droevig, maar hij hoeft niet over straat’

‘En geef je hem een brilletje en ook een paar bretels
Dan krijgt zo’n pafferig figuur zowaar iets heel rebels’

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Deelneming



I.M. Daan de Ligt


Hoe vreemd is het iemand te missen
terwijl je hem nooit hebt ontmoet.
Toch deel je strofen van een leven.

Je leest en liket belevenissen,
je stuurt elkaar een warme groet.
Je had hem graag gesproken, even.

Wat er gezegd werd blijft nu gissen.
Herkenning van een groter goed,
het lege vel dat moet beschreven.

Een dichter die er niet meer is.
Wij delen zijn geschiedenis.