Het is genoeg! Ik loop me op te fokken
De woede raast; mijn brein staat in de fik
Pak uit de kofferbak een zware krik
En heb m'n gele hesje aangetrokken
Ik sta te balen in dit kloteland
Wat mij nou weer gebeurt: een lekke band...
Was: Verdomd dat heb ik weer! Een lekke band...
Verba volant, scripta manent.
Laatst bewerkt: 2 maanden 1 week geleden door B.J. Hoogland.
Dag Ben, mooi gedicht, alleen jammer dat in de laatste regel de klemtoon niet op -ik- valt. Dat moet wel zo zijn, denk ik. Als je de zin met -waarom- zou beginnen is het opgelost.
Door Godsgeloof en onderdanigheid Was Kniertje tot het allerergst bereid Wie geeft haar laatste kind nou aan de zee Zelf had ze geen benul van klassenstrijd
Ze douwde hem nog zilver in z’n oren Maar Barend wilde van geen zeereis horen Hij wou niet met de Hoop van Zegen mee De bangerd had zijn leven al verloren
De storm sloeg half de haven naar de donder Het dorp bad stil en hoopte op een wonder Een lijk spoelt aan: de vis wordt duur betaald De Hoop van Zegen werd tot wrakke vlonder
De reder die zijn centen zat te tellen Werd mens door met de waterschout te bellen De vissersvloot ging naar de ratsmodee Daar had het dorp nog heel wat mee te stellen
Wie geeft haar laatste kind nou aan de zee Hij wou niet met de Hoop van Zegen mee Een lijk spoelt aan: de vis wordt duur betaald De vissersvloot ging naar de ratsmodee