Een droom in de nacht zegt mij niets
Negeren is regel, al jaren
Nooit brachten ze iets expliciets
Vervlogen reeds voor ze er waren
't Was niets dan een droom in de nacht
Waarin ik na ijverig sparen
Mezelf lingerie had bedacht
De luxe van nachtmode-waren
Die nacht was er niets dan die droom
Nu nog spookt het zonder bedaren
Bij daglicht lijk ik - een fantoom -
Halfnaakt langs de kassa’s te waren
r. 4 was eerst: Vervlogen, al voor ze er waren - komma weg op suggestie van Riet.
Het gedachtestreepje in r.11 i.p.v. komma's ook op suggestie van Riet.
r. 10 "die" vervangen door "het" op suggestie van Rene
Als prutsdichtertje begeef ik me op glad ijs om commentaar te geven, maar ik waag het erop.
De zinnen met de komma's heb ik een paar keer gelezen. Na 'vervlogen' en na 'lijk ik' zou ik de komma's laten vervallen. Of lees ik het gedicht dan niet goed?
De eerste komma kan inderdaad weg. Vervlogen al voor ze er waren. Ik koos voor de komma vanwege de pauze die het inlast; maar dat hoeft niet perse.
De tweede komma is nodig omdat de zin anders grammaticaal niet klopt, denk ik. Het gaat om "ik (fantoom) lijk te waren" en niet om "ik lijk een fantoom". In dat laatste geval zou de volgende regel moeten beginnen met Dat. Maar dat is enkelvoud en dan kom ik niet uit op "waren".
Ik las inderdaad: "Bij daglicht lijk ik een fantoom".
Dan zou ik het met gedachtestreepjes doen, dus zo: Bij daglicht lijk ik – een fantoom –.
Inmiddels heb je de apostrof voor de t gezet, zie ik.
Hendrikje, regel 2 en 3 van strofe zijn m.i. tegenstrijdig. De ene regel beweert dat de dromen er wel degelijk waren, maar nooit iets expliciets brachten; de andere zegt dat ze er niet waren, want ze vervlogen voor ze er konden zijn. Of lees ik het verkeerd.
Ik was je kwijt voordat ik je bezat Ik mocht je in het rijwielhuis bestellen En als je klaar was zouden ze me bellen Toen dat gebeurde bleek al na drie tellen Dat jij een paar uur eerder was gejat
Ik was je kwijt voordat ik je bezat De fietsenbaas die haastig aan kwam snellen Vertelde mij, maar dat was te voorspellen, Dat de politie nog geen dader had gevat
Ik was je kwijt voordat ik je bezat Dus was de vraag die mij het meest deed kwellen Wie was de boef die nu mijn rijwiel had
Mijn fietsersloopbaan startte met vals plat Ik was je kwijt voordat ik je bezat
Krimpsonnet (bedacht door Niels Blomberg). Refreinregel "Ik was je kwijt voordat ik je bezat" uit 'Dit alles'van J.P. Rawie.