Homo olympicus
Heerlijk die man van me,
Sprak laatst mijn vrouw
Tot een kennis van ons
Hij gaat in bed voor een
Goudenmedaillestunt
Maar komt niet eens
In de buurt van het brons
Hun eerste baby liet een boertje
en stierf. Hij rust in Nieuwerschans.
Hun volgende, vernoemd naar ’t broertje
heet van de wieg af Tweede Hans