
Ik meld me aan uw deur en heb mijn slijpsteen dan paraat
Zo onderhoud ik mijn gezin en werk gewoon op straat
De smid die moet hard werken voor het altijd hete vuur
Maar ondanks dat is een glas bier voor hem nog veel te duur
De schoenhersteller, dagelijks gebonden aan zijn plek
Hij werkt zich uit de naad maar heeft aan eten groot gebrek
En de coupeur die naait wat af voor slechts een schamel loon
Dat ik als slijper meer verdien dat is voor mij gewoon
De molenaar maalt heel de dag, het meel verstopt zijn keel
Maar drinken is er amper bij, de man verdient niet veel
Mijn vrouw draait aan het slijperswiel tot in de avonstond
Mijn kinderen gaan her en der en bedelend in’t rond
Welk ambacht men ook praktiseert, mijn stiel is ‘t best van al
Soms slaap ik in een hooiberg maar het kost me niemendal