Naam:  Gerrie Kneteman
Bijnaam: de Kneet
Nationaliteit: Nederlands
Geboren: 6 maart 1951, Amsterdam, Nederland
Overleden: 2 november 2004, Bergen (Noord-Holland), Nederland

Een lange erelijst. Kneteman wint vier keer de Ronde van Nederland. In 1978 wordt hij wereldkampioen bij de profs op de Nürburgring. Hij wint Parijs-Nice, de Ruta del Sol, de Ronde van de Middellandse Zee en de Ronde van België. Twee keer schrijft hij de Amstel Gold Race op zijn naam. Hij is acht dagen de gele truidrager in de Tour de France. Rijdt de Tour dertien keer en wint daarin tien (10!) etappes. In 1983 komt hij ten val in Dwars door België. Voor zijn leven wordt gevreesd. Na revalidatie keert hij toch nog terug in het peloton. En wint dan in 1985 voor de tweede keer de Amstel Gold Race. Behalve door zijn successen wordt hij bekend om zijn gevatte vernieuwingen van het wielerjargon.
 
Gerrie Kneteman

Van Moser won je in een sprint-à-deux.
Je ging, zei je, voor dood of gladiolen.
Vernieuwer van het wielertaalmilieu:

“Ze reden uitgewoond met open holen”,
en als je hen het snot voor ogen reed,
dan “harkten zij in waaiers van mongolen”.

Ze noemden jou gekscherend onze Kneet.
De clown en filosoof van ’t peloton,
die niet gespaard werd voor groot wielerleed.

Een auto die je niet vermijden kon,
maar dat jij je daarna weer oversteeg
toen je – hersteld – nog die klassieker won.

Jouw laatste vlucht bracht hier nog veel te weeg.
Je ging te vroeg. Dik vijftig en je zweeg.

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

12-09-2011 7.03 uur

De maandagmorgen start, de zon
logt lichtgeel in op het systeem
van god. Een spin deleet een mot
die zijn recente netwerk hackt
en zacht klinkt streaming audio 
de oude background vogel-sound.

Reset ik mij naast bed. De slaap
is snel gewist: ik klik hem weg.
Mijn wizard scrolt zich op zijn buik,
hij droomt zich vast de grootste
host van uitgeslapen Nederland.

Een dummy brengt de kranten rond
en mieren browsen in een struik,
ze googelen naar groene luis

als ik mijn map met schrijfwerk pak:
ik dicht en hoop maar dat ik blijf
omdat ik nog met vulpen schrijf –