Black cat with evil look
Wikimedia Commons
 
Zoals een op het oog geslaagde vent
geschikt om onbekommerd mee te trouwen
zich gaandeweg ontpopt tot onbehouwen
karpatenkop met chronisch dranktalent
 
Zoals de meest begeerde aller vrouwen
wier handen je ook blindelings herkent
omdat je aan hun zachtheid bent gewend
opeens gewapend blijkt te zijn met klauwen
 
Zo is het zacht verpakte brok agressie
begiftigd met een akelig humeur
als huisgenoot helaas niet meer te lozen
 
en glijd ik langzaam af naar een depressie
gevoed door angst voor nagels en terreur
want ik heb de verkeerde kat gekozen
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

De Vlabber & de Vlaar


 
Elke ochtend na het opstaan
staan de Vlabber en de Vlaar
met z’n tweeën voor de spiegel
en ze vragen aan elkaar:
‘Wie van ons was nou de Vlabber?’
 
Tja, daar staan ze dan te dubben
met hun harken in hun haar.
‘Heel de nacht alles onthouden
krijg ik echt niet voor elkaar!’
roept de Vlaar dan (of de Vlabber?).
 
En de ander antwoordt kriegel:
‘Even denken... Rustig maar!
Kijk, mijn kop lijkt op een zwabber
en mijn lijf lijkt op een schaar.
Dus dan ben ik vast de Vlabber.’
 
Elke avond voor ’t naar bed gaan
staart de Vlaar weer met de Vlabber
in diezelfde grote spiegel
en ze vragen aan elkaar:
‘Wie was ook al weer de Vlaar?’
 
Heel de dag alles onthouden
is voor hen een groot bezwaar
dus daar staan ze weer te dubben.
‘Jouw geheugen is belabberd!’
roept de Vlabber (of de Vlaar?).
 
En dan zegt de ander maar:
‘Kijk, mijn kop lijkt op een vlieger
en mijn lijf op een gitaar.
Volgens mij ben ik de Vlaar,
dan ben jij vanzelf de Vlabber.’
 
Tja, dan gaan ze maar weer slapen
en dan staan ze maar weer op
en ze koken hun rabarber
en ze roken hun sigaar
en dan zijn ze ’t wéér vergeten.
 
‘Maar dat kan ons mooi niks schelen’,
giechelt de verstrooide Vlabber
– of, wie weet, de suffe Vlaar?
 
(Uit Er zit een feest in mij, Querido’s Poëziespektakel 5, 2012)