
WikiMediaCommons
De boerenfox, hij blafte luid,
soms leek het wel een dwangneurose,
het beestje moest er nodig uit.
Ik zat mijn broertje op de huid,
we ruzieden als de penoze,
de boerenfox, hij blafte luid.
Hij vloog eens door de onderruit:
een postbesteller in psychose,
het beestje moest er nodig uit.
Hij beet mijn moeder in haar kuit,
het dier en wij, een symbiose,
de boerenfox, hij blafte luid.
Zijn kopje scheef, een natte snuit,
er klonk gejank met tussenpozen,
het beestje moest er nodig uit.
Mijn vader nam een hard besluit,
- ik voelde mij een machteloze -
de boerenfox, hij blafte luid,
het beestje moest er nodig uit.