
Ik leg een kerk en een kasteel
een boot, een brug en een kameel
een kip, een kat, een rennend paard
een vrouw met hoed, een man met baard.
Zo leg ik, naast het alfabet
ook menig moeilijk silhouet.
Ik leg een pauw, een gouden vis
een barones die zwanger is
een pad die op een kikker lijkt
een meid die zielsgelukkig kijkt.
Toch maakt die puzzel me steeds boos
ik krijg hem nooit meer in de doos.