Cocktail

dit is een ode, heerlijke garnalen
door mij zo wreed ontstolen aan de zee
ik nam uw jeugd en mooie toekomst mee
en liet u triest de hoogste tol betalen

er klinkt voor u een warm en luid applaus
(en ook een beetje voor de whiskysaus)

Wild

een hijgend hert kon nipt de jacht ontkomen
en ligt nog niet in stukken op een schaal
zijn plan leek simpel, maar was geniaal
het schuilt nu in struweel en achter bomen

de jagers woest, het vuren werd gestaakt
gelukkig werd de ever wel geraakt

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

POTDOMME, zei de dominee



POTDOMME, zei de dominee. We kunnen niet naar buiten…
We zijn volledig ingesneeuwd, van hier tot aan de heg.
Tompoezen of een mokkapunt, daar kunnen we naar fluiten:
wie heden naar de bakker wil, zakt tot z’n middel weg.

Veronica zei sip: Maar ik wou sneeuwballen gaan gooien,
ik wou een sneeuwpop maken met vier voeten en een staart!
De dominee sprak omineus: Tenzij het gauw gaat dooien
wacht ons een Wisse Hongerdood en eet u nooit meer taart.

Daar zaten ze mistroostig uit het serreraam te staren.
’t Leek buiten Nova Zembla wel, zo ijselijk en guur.
De dominee die telde bitter zuchtend zijn sigaren –
toen doken er twee beren op, ter hoogte van de schuur.

De dominee riep: Sodeju, ik ga hallucineren!
Aan mij verschijnen beren in een Hongervisioen.
Het is geen sivioen, zei ’t schaap. En het zijn ook geen beren.
Ze dragen wanten en een muts – het zijn de dames Groen.

Waratje, zei de dominee, ze roetsjen naar beneden
in grote dikke bontjassen, kloekmoedig op de ski!
En als mijn oog me niet bedriegt, dan trekken ze een slede
vol brandewijn en bitterkoekjes, bolknakken en brie.

Ze takelden de proviand naar binnen langs ’t balkon.
Ziezo, zeiden de dames Groen. En nu een ijsbonbon.