Dag René,
Noem mij eens een dichtvorm waarbij je niet hoeft te puzzelen. Het is toch bij elke vorm zo, dat je bezig bent met woorden te zoeken die in de zin, context of verhaal passen, elk puzzelstukje moet toch kloppen? Toegegeven, de ene vorm lijkt meer puzzelwerk dan de andere. Het geheel is wel aardig, maar ik denk dat je er nog e.e.a. aan moet bijschaven.
Zomaar een paar opmerkingen:
Zin 1: dat het lidwoord voor ‘tong’ ontbreekt, vind ik niet mooi.
Zin 5: ‘Al zingend vroeg ze wat ik van haar vind‘ Dat kan volgens mij niet. Vroeg en vond of vraagt en vind.
Groeten,
Riet
PS: waarom zie ik jou nooit in een afbakvers?