Simpel: de eerste regel van het ollekebolleke is een zelfstandige uitroep, motto, verzuchting, strijdkreet o.i.d.:
'Heerlijk, zo'n wandeling!
Nu in de lappenmand:
'Thuis van een wandeling:
zo in de lappenmand'
zou met heel veel goede bedoelingen en emphatich lezen ook nog als zoiets gezien kunnen worden, maar 'Thuis van een wandeling zo in de lappenmand'
is een doorlopende zin, één geheel.
Thuis van een wandeling,
zo in de lappenmand
maakt al verschil door die komma.
Het gaat hier dus niet om het verschil tussen doorlopen en enjambement, maar om de zelstandige uitroep in de eerste die die beiden praktich uitsluit.
Je kunt met veel zoeken in boeken van Meesters wel voorbeelden vinden, maar dat wil enkel zeggen dat je ze op een fout betrapt.
Ook die bezwijken wel eens voor de verleiding van een prachtvondst die toch niet mag('dubbelloopsjachtgeweer', Katja jij had iets van Jaap van den Born gevonden, meen ik), en dat is juist een van de sterke punten van het ollekebolleke; je eigen prachtvondsten met ijzeren discipline en tranen in de ogen wegwerpen, dat levert meer Zenmomenten dan die vreselijke haiku.
Bovendien is het in dit geval niet nodig, het is makkelijk te herstellen.
Het eerste voorbeeld van Bas is een sterk voorbeeld van enjambement, maar de grap is dat ik zelf de tweede wel mogelijk acht: bij een uitgerekte pauze tussen 'men zag meteen' en 'dat dat' zie ik mezelf op de hurken voorlzen aan een aantal kinderen en na 'men zag meteen' afwachtend rondkijken terwijl de kinderen op en neer springen, razend benieuwd naar wat er meteen gezien werd.
Zo zie je maar weer.