
Vrijdagmiddagborrel
Hij zag haar met een kennersblik: een leuke, jonge griet
op vrijdagmiddag, uur of zes, zijn tong stroef van sulfiet.
De kruk – nog vrij? – naast deze prooi bood hem zijn jachtgebied.
Tot kwart voor zeven duurde het: “Mijn vrouw begrijpt me niet”.
op vrijdagmiddag, uur of zes, zijn tong stroef van sulfiet.
De kruk – nog vrij? – naast deze prooi bood hem zijn jachtgebied.
Tot kwart voor zeven duurde het: “Mijn vrouw begrijpt me niet”.
Ze keek tot in zijn zwarte ziel, haar ogen hemelsblauw
en luisterde naar het tekort van zijn absente vrouw.
Zijn hand inmiddels achteloos bewegend op haar mouw
vlak naast haar warme borst, één vinger streelde die heel flauw.
en luisterde naar het tekort van zijn absente vrouw.
Zijn hand inmiddels achteloos bewegend op haar mouw
vlak naast haar warme borst, één vinger streelde die heel flauw.
Het leek erop of deze schat, door alcohol verleid,
hem in haar armen troosten zou, tot minnespel bereid.
Toen hoorde hij haar zeggen: “Hoe een man zijn vrouw verwijt
dat zij niets van hem snapt, dat ken ik zeker tot mijn spijt.
hem in haar armen troosten zou, tot minnespel bereid.
Toen hoorde hij haar zeggen: “Hoe een man zijn vrouw verwijt
dat zij niets van hem snapt, dat ken ik zeker tot mijn spijt.
Want nooit als zij erbij is, maar in haar afwezigheid,
wanneer hij vreemdgaat heeft mijn vader ook die smoes. Altijd.”
wanneer hij vreemdgaat heeft mijn vader ook die smoes. Altijd.”
De komende tijd zullen we af en toe - met instemming van de auteur uiteraard - een gedicht plaatsen uit 'Lichtvoetig III'. Deze fraaie zevenvoeter is van Hannelly Krutwagen.