lichtvoetigIII
 
 
Vrijdagmiddagborrel
 
Hij zag haar met een kennersblik: een leuke, jonge griet
op vrijdagmiddag, uur of zes, zijn tong stroef van sulfiet.
De kruk – nog vrij? – naast deze prooi bood hem zijn jachtgebied.
Tot kwart voor zeven duurde het: “Mijn vrouw begrijpt me niet”.
 
Ze keek tot in zijn zwarte ziel, haar ogen hemelsblauw
en luisterde naar het tekort van zijn absente vrouw.
Zijn hand inmiddels achteloos bewegend op haar mouw
vlak naast haar warme borst, één vinger streelde die heel flauw.
 
Het leek erop of deze schat, door alcohol verleid,
hem in haar armen troosten zou, tot minnespel bereid.
Toen hoorde hij haar zeggen: “Hoe  een man zijn vrouw verwijt
dat zij niets van hem snapt, dat ken ik zeker tot mijn spijt.
 
Want nooit als zij erbij is, maar in haar afwezigheid,
wanneer hij vreemdgaat heeft mijn vader ook die smoes. Altijd.”
 
 
De komende tijd zullen we af en toe - met instemming van de auteur uiteraard - een gedicht plaatsen uit 'Lichtvoetig III'. Deze fraaie zevenvoeter is van Hannelly Krutwagen.
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Prinsjesdag, een idylle: III Afloop

Pornografische tearjerker in drie sonnetten 

III Afloop 

De Kroonprins groet het Vaandel. Zie hem staan,
Een frisgewassen militaire held
Met eretekens op de borst gespeld.
Oranjeliefde borrelt op, spontaan. 

Ik ben decennia niet vreemdgegaan,
maar nu mijn hartje van ontroering smelt
verwijder ik mijn kleding met geweld
en druk mij vast tegen het toestel aan. 

Ik roep de naam van Willem-Alexander.
Ik zucht en steun, ik zeg een kort gedicht:
‘O, houden van elkander, nooit een ander…’
 
Seconden later is de Daad verricht.
Daar zit de Prins-Gemaal. Een waterlander
Glijdt triest van zijn Madame Tussaud-gezicht. 

(uit: Zo klinkt dus weggesmeten geld, uitgeverij Mouria)