Dag broeder in de kunst en het geloof
Gereformeerd met knipoog steeds gebleven
Zong jij je psalm, een loflied op het leven
Voor dogma’s en voor zedenprekers doof
Dag dansend dichter, kundig woordensmid
Als arts en mens bekend met veel ellende
Zong jij lichtvoetig over heel die bende
Omdat in lachen soms iets helends zit
Dag broeder en dag vaderlijke vriend
Al kunnen we er niet meer in geloven
Ik wens je rust en, als het kan, Daarboven
Een ereplaats. Die heb je wel verdiend