Toen zij ontsnapte aan ooms spruitjeslucht
Het rooms gekwezel en het vroom fatsoen
Werd haar gefnuikte geest bevrijd door Moenen
 
Het bleef niet bij een aarzelende zoen
Zij liet zich met plezier door hem ontgroenen
Haar leven werd een vreugdevolle roes
 
Maar door een wagenspel met vrome oenen
Sloeg zij toen voor het Waaggebouw tot moes
Zij kon niet mee in Satans hoge vlucht
 
Dus zondigt u, heb niet te snel berouw:
Zij was pas na haar spijt gevallen vrouw
 
(Uit: 2000 jaren Nijmegenaren, Intermedi-Art, Nijmegen 2005)

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Op een elft

Elft
 
Een jonge elft bij Holland’s Hoek
Was naar een pronte vrouw op zoek
Hij maakte kind na kind na kind
Met een zeewaardig rijpe fint
En toen men vroeg: Ben jij een elft
Zeiden de kleintjes: Voor de helft