
Schilderij © Jacob van Schaijk
de avondwind, gesloten is zijn mond
wanneer hij spreekt of zingt in stille taal
met klanken uit een overoud verhaal
met angst of liefde voor een koude grond
de late nevel dooft zijn stem niet uit
versterkt de weemoed van zijn klinken eer
wie luistert, hoort zijn zingen keer op keer
dan kruipt hij langzaam onder ieders huid
die mensen raken aan zijn stem gewend
hij wordt een vriendje ook dat men goed kent
ja, langzaam raakt men zelfs aan hem gehecht
en als de tijd dan rijp is, klinkt het woord
het laatste, van een hemels slotakkoord
waarin gesproken wordt het hoogste recht