Men moet niet coûte que coûte het ordinaire contempleren
Maar daarentegen wel het arbitraire attaqueren
Ik zal nooit 'en passant' het elitaire accepteren
Want dat zal míj nou aan mijn derrière oxideren
Als puber lag ik vaak op apegapen
Door zinnelijke fantasie vermoeid
Die urenlang mijn nachtrust wist te kapen
Nu schenkt ze mij nog soms een woelig slapen
Waaruit een veelbelovend droombeeld groeit:
Sereen gezang, van verre toegevloeid!
Een nimf, begeerlijk blond en welgeschapen
Die aan het wiegend water lijkt ontbloeid
Komt door een roze halo aangeroeid
Met een verwoestend sexappeal als wapen!
Ze zwaait naar mij en fleemt op zwoele toon
Mijnheer, waar is de kamer van uw zoon
(Uit de net verschenen bundel Ik neem voortaan een datingcoach)