De poëzie is uit mijn lijf gekropen:
te vaak te lang, te veel te laat gewerkt.
De werkstroom heeft het andere verzopen.
Het mooie in het leven werd bezerkt.

Een oogklep hield mijn wijde blik beperkt.
Op hol geslagen bleef ik verder lopen.
Ik heb het eigenlijk niet eens gemerkt.
Mijn brein stond voor geen and’re prikkel open,

totdat er tussen scheefgezakte tegels
een klein maar dapper puntje groen ontspruit,
een distel die zich opmaakt voor de bloei.

Ik weet het wel, ’t is tegen alle regels,
dit moet er met de voegenkrabber uit,
maar ik bedenk me tien keer voor ik snoei.

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Morgenrood

fotoad2
Foto Ad Lamerigts
 
Een nieuwe dageraad, de zon brengt licht 
En hoop voor wie hun vaderland verlieten
Met pijn, op zoek naar veiligheid, gezwicht
Voor leugens en beloftes van bandieten 
 
Maar wie het eind haalt van een brute tocht 
Wordt rondgepompt langs vele opvangplekken
Van de gedroomde vrijheid die hij zocht
Valt door dit welkom weinig te ontdekken
 
Eén stel toch viel het lange wachten zwaar
Ging zelf op zoek naar gastvrij onderkomen
Vergeefs, maar aan een bosrand vond het paar
Een stal, verscholen tegen dichte bomen
 
Vannacht is daar hun eerste kind geboren
Spontaan begroet door gloedvol ochtendgloren