Er wonen leugens in je mond.
Elk nieuwsbericht is vals, zeg jij.
Jouw waarheid smijt je in het rond
vol pathos, spuug en razernij.
Wie twijfelt aan jouw woordenbrij
en dit laat horen onbevreesd
die boet voor deze hovaardij.
Je bent het beest!
Je voelt je thuis laag bij de grond,
bent erg bekwaam in slanggeglij
en wentelt in de verse stront
veelal van eigen makelij.
Gaat iemand niet voor jou opzij
dan treft jouw gif zijn lijf en geest.
Je deinst niet terug voor dit karwei.
Je bent het beest!
Je bent de leider van een bond,
maar ieder lid is jouw lakei.
Ze kruipen voor je als een hond
en dat maakt jou en hen erg blij.
Ze zijn zo graag van de partij.
Jou zien en horen is hun feest
en jij geniet van kruiperij.
Je bent het beest!
Jij prins van sater en harpij,
van donderwolken en tempeest,
die opbloeit in het hulpgeschrei,
je bent het beest!
