patty

 
 

Vandaag is Patty Klein overleden. Patty was al geruime tijd ziek na complicaties ivm haar diabetes. We zijn bedroefd en bewaren goede herinneringen aan Patty.
 
Als Patty Klein - haar eigen naam - was ze bekend als Nederlands grootste stripscenariste, waarvoor ze onlangs ook geridderd is. Patty heeft lang gewerkt bij de Marten Toonder studio's en als freelancer, schreef scenario's voor o.a. Tom Poes, Schanulleke, De Kleine Boze Wolf, Johnny Goodbye, Sjors en Sjimmie, Flintstones, Hiawatha, en nog ontelbaar meer. Ruim 40 jaar lang schreef ze het scenario voor Noortje, de roodharige tiener uit de Tina. Ze werkte samen met ongeveer elke tekenaar die ons land rijk is en ook buiten de grenzen.
 
Later ging zij als Patty Scholten ook sonnetten schrijven, met zeer veel succes. Er zijn bij Atlas in totaal acht bundels verschenen, ook is een selectie vertaald in het Engels door James Brockway. Patty heeft diverse keren op De Nacht van de Poëzie gestaan, is genomineerd voor de VSB prijs, was bijna Dichteres des Vaderlands, en heeft in talloze verzamelbundels en tijdschriften gepubliceerd, onder de laatste met name ook De Tweede Ronde.
 
Een persoonlijke noot. Ik heb Patty leren kennen in 2012. Ieder jaar haalde ik haar op en reden we naar Almelo voor de Willem Wilmink Dichtwedstrijd, waar zij sinds lange tijd gastdichter was. Onderweg vertelde ze honderduit, waarvan ik het meeste niet in detail kan reproduceren. Over de tijd bij Marten Toonder, over alle bevriende tekenaars, over huidige en vroegere minnaars en mannen van allerlei pluimage, over poëzie uiteraard, over voetjes en enjambementen, en over flora en fauna, die altijd haar aandacht hadden. Patty is mij zeer dierbaar, ik zal de reizen missen, ik zal Patty als warme bruisende bol veren met fladderende handtas bijzonder missen. [Arjan Keene]
 
Het volgende gedicht was één van de eerste bijdragen aan Het Vrije Vers nadat Quirien van Haelen deze site het licht had laten zien.

De aalscholver
 
Als Christus aan het kruis droogt hij zijn vlerken,
zijn kleur is van de nachtzij, hellepek.
Met platvoeten en enterhaakse bek
een druipende sculptuur op kerk of zerken.
 
Zijn kop draait cirkels op de slangenek,
sinds Exorcist ook een der duivelswerken.
Bezeten is hij in dit bronsttijdperk en
zijn wijfje wacht hem op het takkendek.
 
Schaars sprokkelwerk tot knekelnest gekrikt.
Haar groene oog glanst naar hem, opgewonden.
Hij gorgelt naar haar en zij koert verstikt.
 
Wie kan de paring van die twee doorgronden?
Zij wordt betreden, in haar kuif gepikt.
Het maken van een ei duurt drie seconden.
 
Patty Scholten
 

Tenslotte een sonnet dat Patty schreef voor haar vertaler en vriend James Brockway. Zo mooi kan de dood dus zijn.
 

De dood
 
Die lompe gast zal jou niet overslaan.
Nooit belt hij op en vraagt: ‘Kom ik gelegen?’
Hij komt te vroeg, te laat, zijn zeis stoot tegen
je lamp of vaas. Hij laat zijn koffie staan.
 
Beloftes worden niet door hem gedaan
en hij zal nooit die knekelvoeten vegen.
Hij wil niet schaken. Er wordt stuurs gezwegen
tot hij je vraagt om met hem mee te gaan.
 
Dat was het dan. Je bent opeens zo moe.
Hij zegt: 'Je wist toch dat ik ooit zou komen.
Die lamp, die vaas, die doen er niet meer toe.
 
Kijk niet zo bang. Het sterven doet geen pijn.
Het zal een slapen, slapen zonder dromen,
het zal een slapen zonder weerga zijn.'
 
Patty Scholten
 
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Aftakeling

meyles2
Foto: Aliza Meyles
 
Ooit reed ik in Ferrari’s, supersnelle,
ik liet geronk uit mijn motoren zwellen, 
ik was bevriend met Francorchampscoureurs. 
Nu fiets ik meestal rond op mijn Gazelle
tot zadelpijn mijn lijf begint te kwellen
en ken ik bijna alle buschauffeurs.
 
Ooit vloog ik af en toe naar de Seychellen.
Ik sliep met mademoiselles van Estelle
in Marriotthotelinterieurs. 
Nu zit ik op het strand van West-Kapelle
met buurvrouw driehoogachter Mariëlle
en ruik haar Hemabloemetjesodeurs. 
 
Ooit at ik enkel wild en zalmforellen
met een dessert van roomijs en prunellen
bij Michelingidstopentrepreneurs.
Nu laat ik een goedkope rookworst wellen
of demp mijn trek met Febofrikandellen 
van ’t allerlaatste kleingeld in mijn beurs.
 
Ooit schreef ik filosofische novellen.
Ik was geliefd, ik had iets te vertellen,
ik hoorde bij de Boekenbalauteurs.
Nu sterven één voor één mijn grijze cellen,
ik doe alleen nog columns voor Libelle
en houd me wat onledig met light verse. 
 
Wim Meyles is zondag derde geworden bij het kampioenschap lightversedichten te Emmen. Dit was een van de door hem ingezonden verzen.