SONNET AAN JANUS SAND (voltooid)

voor Drs. P

Nauw groet de morgenzon de garentwijnderijen
En zijfabrieken van het tierig Elberfeld,
Of, geel van minnepijn aan 't eenzaam dons ontsneld,
Zit aan der Wupper boord Louise om Sand te schreien.

En nauwlijks werpt de maan haar bleke straal op Leien,
Of Janus Sand laat, door het foltrendst wee gekneld,
Een brede tranenstroom met tomeloos geweld
Om zijn Louise langs de holle kaken glijen.

Weerhoudt die tranen niet, o wreedgescheiden paar!
Zij zijn de zoetste troost, die u op aarde bleef,
Sinds de arm der politie u van elkander dreef!

Welligt zal ooit een zilvren rijmvorst met sigaar
Kordaat een einde stellen aan uw beider lijden
En die vermaledijde stipjes hier ontwijden!

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Die applebottom (Een story)



Jantje zag die applebottom
Van die spange spandexho
En hij wou die tanga ballen
Ook al was ze van zijn bro

Fokkit, zei hij, want mi brada
Zit toch in die jilla, aight
Hij kan mij nu toch niet met zijn
Pipa poppen, fok die shait

Maar ik ben geen backstabtype
Hij dronk aan z'n ginger beer
Effe tjappe, jonko smoken
Dan ik klop me eigen spier

Weg ging Jantje, naar die shoppa
Maar die smatje was niet doof
Die zei, fokkit, ik wil bana,
Klaasje zit voor tasjesroof

Hij heeft mij gezegd dat ik
Kon doen en laten wat ik wou
En nu wil ik kokkie geven
Boi, ik zuig je ballen blauw

Daarop ging ze aan 't schudden
Hoofd naar onder, bil omhoog
Later batsen, badaptaki
Jantje hield het niet lang droog