Het is de juffrouw in het trapportaal
Het zijn de motten in een oude jas
Het is de grijze trui en rode sjaal
Het is de droom die zo waanzinnig was
Het is het rijtuigie een dag in maart
Het is het hoorngeschal in berg en dal
Het is de ansichtkaart met kar en paard
Het is het bord spaghetti met een bal
Het is het clubje met de mandolien
Het is de vlo die in het circus sprong
Het is de bakkersdochter Josefien
En al de liedjes die ik voor haar zong