
Pixabay
Een haai bezocht een vissenfeest
Waar werd geblowd door menig beest
‘Doe dat toch niet, die hasj en wiet’
Vermaande hij een mooie griet
‘Hoor hem nou’, sneerde een tonijn
‘Hij hoeft geen stuf om haai te zijn’
Het Wilhelmus ("In dese tydt heeftmen gesongen dit volgende Liedeken; ‘twelcke groote vrucht onder vele luyden schafte/ elcke eerste letter des veers vervolgens medebrengende den naem des Princen voorsz.”), tiende couplet:
Niet doet my meer erbarmen
In myn swaer ongeval
Dan datmen siet verarmen
Des Conincx Landen al.
Dat u de Spanjaerts krencken
O edel Nederland!
Als ick dat gae bedencken,
Myn edel harte brant.