Zejel
‘Goed, ik heb je klaargekregen
Nu ben je wellicht genegen
Om te horen wat ik tegen
Langer omgaan met je heb
Had je nou één handicap:
Maar je tanden zijn al nep
En je vlechten aangeregen
En je borsten siliconen
En je spieren die vertonen
Het bewijs van groeihormonen
Ook je botoxlippen stegen
En bewegen voor geen fuck
Je lijkt sprekend Katrien Duck!
Nou, niet sprékend; een geluk!
Nee, van alle hellevegen
Is er geen zó volgespoten
En van al mijn echtgenoten
Was er geen, zó zeer ontsproten
Aan het brein van Van Helwegen
Dus ik voel mij zwaar bedrogen!’
‘Heb ik tegen jou gelogen?
Ik zei, toen je eens bevlogen
In mijn armen was gelegen
Door mijn schoonheid zwaar verblind:
‘Piet, ik ben een onecht kind’
Ware woorden! Dus ik vind
Dat ik jou niets heb verzwegen’
Spanje? Wat doen we nu opeens in Spanje? Dat zal ik uitleggen. We moeten op onze reis natuurlijk ook Afrika aandoen, een reusachtig continent waar vast ook wel gerijmd wordt en Spanje is een springplank waar we ons rustig kunnen voorbereiden en proviand inslaan en gidsen huren. En aan de hitte wennen. Mooie gelegenheid ook om aandacht te besteden aan de Zejel, een niet zo ingewikkelde vorm, zoals het voorbeeld bewijs.
Je begint met een drieregelige strofe aaa (de mudanza) en vervolgt met bbba/ ccca/ddda enzovoort, ad infinitum indien gewenst.
Normaal wordt spreektaal gebruikt en gebruikelijk zijn 8 lettergrepen, maar het voorschrift luidt eigenlijk acht, met de zevende als laatste beklemtoonde, wat een trochee veronderstelt als ik het goed begrijp.
Het doet me denken aan Archibaldus van Oostzaan, de Nederlandse Don Quichote, afgezien van het rijmschema (je weet toch wel dat je bij de e-books een gratis boekje over deze held vindt?).
Ik zie vingers, en inderdaad, ik heb me niet gehouden aan de strofenindeling van 3/4/4/4 enz. in mijn voorbeeld; dit omdat het een voortdurende monoloog betreft en omdat ik anders aan het eind van de eerste strofe enjambement had moeten toepassen en een fatsoenlijk mens doet dat niet, tenzij gedwongen door de nood der tijden, of afpersing, of in de hoop dat niemand het ziet.
En om vast een voorproefje te geven van Afrika: er bestaat een versvorm in het Swahili, de utendi (meervoud tendi) , of misschien tenzi ( meervoud utenzi) want het woorddbegin in Swahili wil wat: het Swahili-woord voor Swahili is Kiswahili, dat je maar weet wat je te wachten staat in dat donkere continent.
Hoe dan ook, de utendi/tenzi bestaat uit vierregelige strofen van 8 lettergrepen met het rijmschema aaab/cccb/dddb enz. en is dus niets anders dan een zejel zonder mudanza.
En zo sla ik dan twee vliegen in één klap en scheelt me dat weer een hoofdstuk.