
Pixabay
De buurvrouw ging weer eens een blokje rond
Ze liep te midden van haar pekinezen
Je weet wel, zulke kleine zenuwpezen
Vol kerstverlichting die hen niet misstond
Ze stak zoals gewoonlijk flink van wal
De vele kilo’s die ze was verloren
Ze had het koud als was ze half bevroren
Of ik gehoord had van die laatste val?
Het was voor haar geen makkelijk bestaan
Ze moest al jaren over tal van horden
En dat ze zo ineens maar blind kon worden
Ik keek haar daarop niet begrijpend aan
‘Dat kan vandaag of morgen al misschien
Maar ach, dat zal ik allemaal wel zien!’