
wat had de verhuizer het zwaar!
Toen heeft een passerende meid
de man uit zijn lossen verleid.
Dit interview verschijnt over enkele dagen in Knack; nu al op het Vrije vers!
Drs. P en Jean Blaute
Knack, 15 sept 2012 – Stijn TORMANS
Drs. P is 93 geworden, geen leeftijd om 'vrolijk door het leven te dartelen'. Maar af en toe schrijft hij een ollekebolleke, dat vindt hij plezierig. Net als een gesprek met zijn oude vriend Jean Blaute. 'Het einde van de beschaving, Jean, dat zou ik nog eens graag meemaken. Het lijkt me een schilderachtig schouwspel.'
Hij is een van die mensen die nog brieven sturen. Op een ochtend zat er een in de bus: 'Waarde mijnheer Tormans, dank u zeer voor uw schrijven. U bent uit hoofde van uw beroep weetgierig. De eerste vraag kan ik beantwoorden: het gaat goed wat mijn gezondheid betreft, Geestelijk ben ik in verval. (...) Ik moet aan te veel tegelijk denken, en ben geneigd wat achter me ligt zo snel mogelijk te vergeten. Hoe ik me staande houd in deze wankele tijden (uw woorden), dat verbaast me ook enigszins. Tot een ontspannen conversatie ben ik evenwel graag bereid. Verwacht weinig exacte informatie. Met oprechte groeten. Heinz Polzer. Excuses voor het gebrekkige handschrift.’
Maannden later. Op weg naar het station herlees ik het briefje. Naar exacte informatie vragen is zinloos: die is bekend. Drs. P, né Heinz Polzer, werd in 1919 geboren in Zwitserland. Hoewel hij al sinds 1922 in Nederland woont, heeft hij het Zwitserse staatsburgerschap nooit afgezworen. Zelfs niet officieus: door zijn dikke brilglazen overschouwt hij al 93 jaar de wereld. Om die vervolgens, op onnavolgbare wijze en met Zwitserse precisie, op rijm te zetten. Het resultaat wordt alom geprezen: honderden liederen, waarvan een groot deel verzameld is op Compilé Complé. Veel ollekebollekes, zijn favoriete versvorm.
Optreden doet Drs. P al jaren niet meer. Hij heeft geen leeftijd meer om vrolijk door het leven te dartelen. Maar een ollekebolleke bij tijd en stond, dat kan er nog wel van af. Hij schrijft ze bij voorkeur om drie uur in het Pulitzer Hotel in Amsterdam. Omdat 'Pulitzer wel wat op Polzer lijkt, altijd een goede eigenschap voor een naam'.
Twee uur later, om klokslag vijf uur, keert hij weer huiswaarts. Waar zijn vrouw Mieke hem 'handenwringend' opwacht. Zo gaat het al jaren. Zwitsers, hou ze maar eens van straat.